De Nederlandse industrie heeft in oktober 0,4 procent meer geproduceerd dan een jaar eerder.
Dat maakte het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) woensdag bekend. Economen rekenden in doorsnee op een plusje van 0,2 procent.
Volgens het CBS werd de stijging beknot door een grote krimp in de tabaksindustrie. In de categorie voedings- en genotsmiddelen nam de productie met bijna 8 procent af, ondanks een toename van ruim 2 procent in het voedingssegment.
De daling komt mede doordat tabaksconcern Philip Morris de sigarettenproductie in Nederland heeft gestaakt. De sigarettenfabriek in Bergen op Zoom werd op 1 oktober gesloten. Daardoor verloren 1230 mensen hun baan.
Ook de productie van de elektrotechnische en machineindustrie slonk, met 0,5 procent.
Transport sterkste stijger
De transportmiddelenindustrie was de sterkste stijger met een ruim 7 procent hogere productie, op afstand gevolgd door de olie-, chemische, rubber en kunststofindustrie (plus 2 procent) en de metaalsector (plus 2,5 procent). Deze vijf branches zijn samen goed voor ruim driekwart van de industriële productie.
In vergelijking met september nam de productie met 0,1 procent toe. Hier rekenden economen gemiddeld op een herstel van 1,4 procent na de oorspronkelijk gemelde daling van 1,1 procent in september. Dat cijfer werd woensdag herzien tot een min van 0,6 procent.
Sterke fluctuaties
Volgens het CBS fluctueert de voor seizoenseffecten gecorrigeerde productie dit jaar sterk. In februari werd het hoogste niveau in meer dan zes jaar bereikt, waarna zowel forse dalingen als flinke stijgingen volgden.
Met de bijna gestabiliseerde productie in oktober kwam het niveau in die maand bijna 4 procent lager uit dan in februari.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl